1. Roei- en stuurbevoegdheden

Om de verschillende typen roeiboten van Daventria te mogen gebruiken, dienen de leden te beschikken over specifieke kennis en vaardigheden. De kennis over het materiaal, de commando's, het vaarreglement en de roei- en stuurvaardigheden kunnen worden opgedaan door deel te nemen aan het opleidingsprogramma van de vereniging. Het gebruik van het roeimateriaal wordt gereguleerd middels een systeem van roei- en stuurbevoegdheden. Dit systeem voorkomt, dat iemand die bij Daventria de roeisport beoefend geen veiligheidsrisico voor zichzelf, de ploeg, materiaal of omgeving is. Het examensysteem is weergegeven in het stroomschema aan het einde van dit hoofdstuk.

1.1 Roeibevoegdheden

Het examensysteem van Daventria kent de volgende roeibevoegdheden. Voor alle bevoegdheden geldt dat het examen zowel voor boord als voor scull als een aparte bevoegdheid behaald kan worden. Uitzondering daarop is de 3e klas bevoegdheid, deze kan alleen scull behaald worden. Verder kan ieder examen t/m 2e klas gehaald worden in een C-boot of in een skiff. Wordt de bevoegdheid behaald in een C-boot, dan is deze niet geldig voor glad materiaal. Omgekeerd is dat wel het geval.

3e klas roeibevoegdheid (Ax3, Cx3)
Een roeier met 3e klas bevoegdheid mag zonder toezicht roeien in de haven, in 3e klas materiaal. Deze "havenbevoegdheid roeien" wordt verkregen door de basiscursus in voldoende mate te volgen, de materiaalbijeenkomst en de bijeenkomst over veiligheid bij te wonen, ThH te hebben behaald en na de beginnerscursus een praktijkexamen met goed gevolg af te leggen.

2e klas roeibevoegdheid (Ax2, Ab2, Cx2, Cb2)
Een roeier met 2e klas bevoegdheid mag in 2e klas materiaal roeien en onder begeleiding van een ervaren roeier oefenen op de IJssel of in een ploeg meeroeien waarvan de overige bemanningsleden IJsselbevoegd zijn. Om de 2e klas roeibevoegdheid te verkrijgen, dient de roeier al te beschikken over de bevoegdheid om in de haven te roeien, Havensturen (StH) en het algemen theorieexamen (ThH) te hebben behaald. Ook voor Ax2 dient de roeier havensturen (StH) te halen. Verder dient uiteraard het praktijkexamen 2e klas roeien met goed gevolg te worden afgelegd.

IJsselbevoegdheid roeien (RIJ)
Een roeier met IJsselbevoegdheid mag zonder begeleiding op de IJssel roeien. Om de bevoegdheid te kunnen behalen moet de roeier in bezit zijn van de 2e klas bevoegdheid roeien. Daarnaast moet de roeier in het bezit zijn van het examen Theorie IJssel. Om IJsselbevoegdheid roeien te verkrijgen dient de roeier vijf keer in een skiff met goed gevolg onder begeleiding een outing op de IJssel (tenminste tot aan de Wilhelminabrug of stroomafwaarts tot de steenfabriek) te volbrengen. De roeier moet vijf handtekeningen van bevoegde begeleider(s) overleggen aan de examencommissie. Deze handtekeningen mogen enkel uitgedeeld worden wanneer tijdens de sessie minimaal de exameneisen daadwerkelijk getoetst kunnen worden (geen scheepvaart = geen handtekening).

1e klas bevoegdheid (Ax1, Ab1)
Een roeier met 1e klas bevoegdheid mag in 1e klas materiaal roeien. Hiervoor is de 2e klas bevoegdheid roeien benodigd en uiteraard het succesvol afleggen van het 1e klas examen. Voor scullen dient het examen in een gladde skiff afgelegd te worden. Voor boordroeien wordt het examen in een gladde twee zonder stuurman afgenomen.

1.2 Stuurbevoegdheden

Naast de genoemde roeibevoegdheden kent het examensysteem van Daventria ook een viertal stuurbevoegdheden.

Havenbevoegdheid sturen (StH)
De bevoegdheid om in de haven te sturen kan worden verkregen door een praktijkexamen (in een C2 of een wherry) met goed gevolg af te leggen. Daarnaast dient het eerste deel van het theorie-examen te zijn behaald.

IJsselsturen (StIJ)
De bevoegdheid om op de IJssel of vreemd water te sturen kan worden verkregen door een praktijkproef (in een C4 of een gladde 4) met goed gevolg af te leggen. De praktijkproef houdt in vijf keer met goed gevolg een outing op de IJssel sturen, dit ter beoordeling van een bevoegde begeleider. Om dit aan te tonen moet de roeier een vijftal handtekeningen van bevoegde begeleider(s) kunnen overleggen aan de examencommissie. De laatste twee handtekening dienen afkomstig te zijn van een lid met de bevoegdheid ‘4e en 5e handtekening StIJ’ De handtekeningen worden geplaatst op het examenformulier voor StIJ. Om met deze praktijkproef te mogen starten moet de stuur over havenbevoegdheid sturen beschikken en het tweede deel van het theorie examen (ThIJ) met succes hebben afgelegd. Tevens mag met deze bevoegdheid een wedstrijd gestuurd worden, met uitzondering van grote wedstrijden. Hiervoor is Sturen 1 vereist.

Boegsturen in ongestuurde boten (StRIJ2, StRIJ4)
Sturen in een ongestuurde boot is lastiger dan het lijkt. Je moet namelijk het zelfstandig roeien op de IJssel combineren met het sturen van een meermans ploeg.
Voor de dubbeltwee, tweezonder, de IJsselscout, de Daventria 125 en Overstekende Krib (C3xboten) geldt dat de roeier die op de boegplaats wil roeien, zowel over IJsselbevoegdheid sturen (StIJ) als IJsselbevoegdheid roeien (RIJ) moet beschikken. Voor degenen die wel Ax2, maar geen RIJ hebben en in de C3x boten op boeg op de IJssel willen roeien en sturen geldt, dat ze de bevoegdheid StRIJ2 kunnen behalen. Om te slagen voor dit examen dient een roeier tenminste 3 keer succesvol als boeg mee te roeien in een ongestuurde boot met tenminste 1 bemanningslid die over deze bevoegdheid beschikt.
Om te mogen sturen in de vierzonder geldt het naast de bevoegdheid RIJ het examen StRIJ4.

Wedstrijdstuurbevoegdheid (StW)
De bevoegdheid om een grote wedstrijd te mogen sturen, kan worden verkregen door minimaal 3 keer met goed gevolg een kleinere wedstrijd te hebben gestuurd. Deze wedstrijden dienen in glad materiaal te worden gestart. Als bewijs van de praktijkproef dient de stuurman een handtekening van een "ervaren" slagroeier te kunnen overleggen aan de examencommissie. Voor StW hoeft dus geen examen te worden afgelegd. Grote wedstrijden zijn op het moment van schrijven de HeinekenRoei4Kamp, Head, Novembervieren, Tromp, Spaarne Lenterace en alle boord-aan-boord wedstrijden. Het bestuur kan altijd besluiten dat dit ook voor andere wedstrijden geldt. Voor het sturen van overige wedstrijden volstaat StIJ.

1.3 Theoriebevoegdheden

Het theorie examen bestaat uit twee delen. Voor beide examens geldt dat de kandidaat enkele hoofdstukken uit het gele boekje moet kennen en een schriftelijk examen moet afleggen in het bijzijn van de examencommissie.

Algemene theorie (ThH)
Het eerste deel uit algemene kennis van de roeisport, zoals commandovoering, materiaalkennis en kennis over veilig roeien en het vaarverbod.

Theorie IJssel (ThIJ)
Het tweede deel is specifiek gericht op IJsselsturen en omvat kennis van het vaarreglement en het BPR (Binnenvaart Politie Reglement).

1.4 Bootklassen

Om tegemoet te komen aan uiteenlopende wensen inzake gebruik van het roeimateriaal waarvoor een bevoegdheid wordt nagestreefd, wordt onderscheid gemaakt naar drie bootklassen:
1e klas boten: doorgaans gladde boten: skiffs, tweeën, vieren en achten;
2e klas boten: C-boten en glad materiaal
3e klas boten: C-boten en oefenskiffs, C-tweeën en C-vieren.

2e en 3e klas bevoegdheden kunnen zowel voor C- als glad materiaal worden gehaald. Het behalen van de bevoegdheid om te roeien in C-boten geeft geen recht op dezelfde bevoegdheid in glad materiaal. Het omgekeerde geldt wel: is een bevoegdheid behaald in glad materiaal, dan mag op dat niveau wel in C-materiaal gevaren worden.

1.5 Examenvolgorde

In onderstaand schema is schematisch de volgorde van examens weergegeven. Belangrijk hierin is dat eerst de basis-examens behaald worden, resulterend in het beoogde basisniveau, wat zowel vanuit Cx2 als vanuit Ax2 behaald kan worden. Hierbij geldt dan wel dat leden die het basisniveau vanuit Cx2 behalen, zich alleen verder kunnen ontwikkelen in het C-materiaal (en niet in glad materiaal).

Als het basisniveau is bereikt zijn er drie trajecten mogelijk, te weten het boordroeien, het wedstrijdroeien of de IJssel op.

NB: St3=StH

Exameneisen
In onderstaand schema zijn de onderdelen weergegeven waaruit een examen bestaat. Staat hier een examen genoemd, dan dient dat examen reeds behaald te zijn. Staat er een Ex, dan betekent dit dat er een praktijkexamen is, de 3H en 5H houden in dat er een aantal handtekeningen behaald dienen te worden. Tot slot zijn er de praktijkopdrachten Materiaal (PO Mat), Coaching en instructie (PO CI) en Botenwagen laden (PO BoWa).

De roeier dient zelf de benodigde formulieren aan de examencommissie te overhandigen alvorens het examen te kunnen afleggen. Het is aan te raden om als kandidaat een kopie van ingevulde formulieren te maken. Examenformulieren kunnen worden gedownload van de website.



NB: St3=StH